Iedereen die een beetje leuk kan schrijven, kan tekstschrijver worden. En daar is direct een heikel punt: heel veel mensen kunnen namelijk een beetje leuk schrijven. Als je als tekstschrijver wat wil verdienen, moet je meer kunnen, je moet uitblinken. Maar hoe doe je dat en wat kan je vragen voor een stukje tekst? Uiteraard is dat per tekst en per tekstschrijver verschillend. Maar wat moet je weten voor je begint aan een beroep als tekstschrijver? We vroegen een aantal experts of ze dé ultieme tip hebben voor elke tekstschrijver. Vanzelfsprekend, dat is tekstschrijvers toevertrouwd, waren de reacties zeer uitgebreid.
Waar ben je goed in?
Uit die tips blijkt dat het nodig is dat tekstschrijvers zich specialiseren. ‘Je moet als tekstschrijver weten waar je meerwaarde ligt,’ aldus journalist en schrijver Natasja Bijl. ‘Waar ben je goed in en waarmee ontlast je de opdrachtgever? Dat is waarom ze juist jou willen (vinden) voor de klus.’ Walter Joosse van Joosse Tekstschrijven vindt dat je je specifieke kwaliteiten moet etaleren. ‘Tekstschrijvers hebben veel concurrentie. De tandarts of timmerman kan ook zelf teksten schrijven. Dat komt de kwaliteit van de tekst misschien niet ten goede, maar het is voor hen wel een optie’. Toch is het ook belangrijk om juist ook multifunctioneel te zijn: ‘Opdrachtgevers waarderen vaak heel erg dat ik niet alleen een brochure voor hen kan schrijven, maar ook teksten voor hun website en SEO of contentmarketing,’ aldus Eric Hoogeweg van Tekstwerkplaats.
Torenhoog versus realistisch
Het tarief bepalen blijkt niet eenvoudig voor veel tekstschrijvers. Je wilt opdrachten maar je wilt ook geld verdienen. Erik Driessen van De Tekstkenner geeft mee dat je wel realistisch moet zijn. ‘Ik hoor best veel tekstschrijvers klagen over gebrek aan werk, die met een torenhoog tarief werken. Haal je neus niet op voor opdrachtgevers die toevallig minder budget hebben.’ Volgens Eric Hoogeweg van Tekstwerkplaats is het belangrijk dat je zakelijke aanpak deugt. ‘Je gemiddelde opbrengst per uur, artikel, dag en maand moet voldoende zijn. Daarvoor moet je eerst weten hoeveel je moet verdienen om de spreekwoordelijke kurk te laten drijven’. Volgens Hoogeweg willen opdrachtgevers best betalen voor vakmanschap. ‘Als jij maar kwaliteit levert.’
De verleiding om op elke opdracht ja te zeggen, is voor veel tekstschrijvers groot. Toch is dat niet verstandig. ‘Op sommige opdrachten loop je totaal leeg, terwijl je van andere opdrachten juist energie krijgt. Dat is op de lange termijn killing. Onderzoek dus goed of een opdrachtgever bij je past,’ zegt Laura Schweig van Laura Schweig Tekst & Communicatie. ‘Straal waarde uit,’ zegt Chris Rommers van Chris Rommers webtekst. ‘Je verandert niets aan het feit dat er bedrijven zijn die voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten. Daarover piepen is zinloos. Maar je kunt wel uitstralen en communiceren dat jij niet op dat niveau werkt. Communiceer een fatsoenlijk tarief. Liefst zo hoog, dat je je er licht ongemakkelijk bij voelt.’ Ook Natasja Bijl pleit voor eerlijke prijzen. ‘De prijs moet in verhouding staan met de tijd die je er als schrijver aan besteedt.’
De juiste toon
Als je als tekstschrijver schrijft voor internet, dan is het advies van Jenneke van Genechten van Lettergeniek kort maar krachtig: ‘Online? Kort en creatief.’ Volgens Lonneke van Vliet van Mosom is het belangrijk dat je de onlinewereld begrijpt en weet welke mogelijkheden er zijn voor de content van je klanten. ‘Denk verder dan alleen de teksten die je creëert. Onlinecommunicatie gaat om heldere en concrete content die de doelgroep triggert en boeit.’ Van Vliet geeft daarnaast aan dat vernieuwend zijn belangrijk is. ‘Verander telkens de opzet, zodat je iets nieuws te brengen hebt.’
Petra Noordhuis vindt het belangrijk dat je schrijft zoals je praat. ‘Uit onderzoek is gebleken dat een boodschap in spreektaal veel beter blijft hangen. Je lezer heeft het idee dat hij een gesprek met je voert en niet naar een saaie monoloog luistert. Spreek je lezer aan zoals je hem ook aanspreekt als je elkaar aan de telefoon hebt.’ De juiste toon neerzetten is ook volgens Sigrid Vink van Copyvink heel belangrijk. ‘Als dat niet lukt, geef de opdracht dan terug of vraag om een betere briefing.’ Opdrachten teruggeven lijkt in het begin misschien onverstandig, maar soms is het dus noodzakelijk. Maar wat nu als je nog helemaal geen opdrachten hebt? Volgens Christiaan Koppelaar van Studio Christiaan Koppelaar moet je aan acquisitie doen. Hij geeft de gouden tip: ‘Netwerken en relatiebeheer. Via via, van mond-tot-mond en langs wonderlijke omwegen komen opdrachten soms vanuit bijzondere hoeken voorbij. Stuur altijd aan op langdurige samenwerking. Een aantal van mijn grootste opdrachten is voortgekomen uit hele kleine, zelfs onbeduidende klusjes.’
En de deadline is… nu
Een heel belangrijk onderdeel van het werk van tekstschrijvers is werken met deadlines. Je kunt lange tijd je werk vooruitschuiven, maar er komt een dag en dan moet het af zijn. Jeannette van Haastert van 100 Procent NL zegt: ‘Cliché, maar kom afspraken na. Deadlines zijn er om gehaald te worden. Als je ze niet haalt, meld dit tijdig aan je opdrachtgever.’ Om te voorkomen dat ze gaat lummelen terwijl er eigenlijk nog stapels werk liggen, maakt Alice Bakker van Tekstbureau In Woordenland gebruik van de app Pomodoro Timer. ‘Vooraf stel ik in hoe lang in hoe lang ik geconcentreerd wil werken. Als de timer afgaat, heb ik een paar minuutjes pauze, waarin ik even iets anders ga doen. Dit werkt voor mij heel goed. Overigens presteer ik altijd het best strak tegen de deadline aan. Soms hik je tegen een opdracht aan, maar als het af moet, lukt het ineens prima.’
Ook José van Winden van José van Winden tekstproducties vervloekt haar uitstelgedrag. ‘Maar sinds ik er een woord voor heb, durf ik eraan toe te geven. Het is dus eigenlijk geen uitstelgedrag, maar voorbereidingstijd.’ Van Winden noemt het de broedtijd: ‘Het lijkt of je je tijd verspilt, maar dat niets is minder waar. Je broedt.’ Nicole Baars van Sterkschrijven is schrijftrainer en komt in haar dagelijkse werk veel mensen tegen die niet de tijd nemen om na te denken. ‘Iedereen zet te snel de vingers op de toetsen.’ Helder schrijven is volgens Baars helder denken. Dus als ze even helder moet denken voor een omvangrijke tekst, dan gaat ze in een café zitten. ‘Alleen met een pen en een kladblok. Eerst ga ik brainwriten over wat de lezers verwacht, denkt en voelt. Dan maak ik een mindmap en doe een associatieve oefening. In een klein uurtje is de basis gelegd en heb ik genoten van een latte macchiato.’ Volgens Baars werkt dit uiteindelijk tijdbesparend.
Hulpmiddelen
Dan zijn er nog verschillende middelen die voor tekstschrijvers van essentieel belang zijn. Neem het vinden van synoniemen. ‘Een absolute aanrader voor tekstschrijvers is wat mij betreft Synoniemen.net,’ aldus Nathan Veenstra van Letterzaken. Veenstra geeft drie motivaties: ‘Soms is een bepaald woord gewoon niet mooi, te vaak hetzelfde woord gebruiken leest niet lekker en Google houdt van synoniemen.’ Jeannette van Haastert van 100 Procent NL zweert juist bij woordenlijst.org.
Omdat de meeste schrijvers volgens Corinne Groenenberg van Flow Media meer van letters houden dan van cijfers maakt zij voor haar administratie gebruik van Rompslomp.nl. ‘Het is belangrijk dat ik overzicht heb in mijn administratie. Rompslomp maakt boekhouden een stuk leuker, zelfs voor een tekstschrijver!’ Ook vingervlugheid is voor tekstschrijvers belangrijk, volgens Erik Driessen van De Tekstkenner: ‘Ik ben ooit begonnen als telexist en heb daarom een grote vingervlugheid op de toetsenborden. Hier heb ik dagelijks baat bij. Zorg er daarom voor dat je tiksnelheid omhoog gaat.’
Doelgroepdenken en sudderen
Of een tekst goed of fout is, is niet eenvoudig te bepalen. Het is afhankelijk van wat de lezers ervan vinden. Marjolijn Bergmann-van Leeuwen: ‘Het gaat om de klant van je klant. Wat is zijn behoefte? Aan jou de taak om steeds de toekomstige lezer van de tekst voor ogen te houden en je te verdiepen in de behoefte.’ Het leesniveau is overigens niet voor elke lezer gelijk. Zo zegt Jan Johan ten Have van Ten Have Tekst: ‘Denk bij het schrijven vanuit je doelgroep. Wat is het kennisniveau betreffende de materie en qua taal?’ Als voorbeeld geeft Ten Have een tekst over de duurzame toepassing van LNG in de scheepsvaart. ‘Is het voor een vakblad, dan ga ik uit van professioneel kennisniveau. Is het voor publieksmedia, dan ligt het niveau aanzienlijk lager en voorkom ik gebruik van technische taal en jargon.’
Is je tekst eenmaal af, laat het dan nog even sudderen. ‘Ik laat wat ik geschreven heb vaak een macht liggen om er ’s ochtends nog eens naar te kijken. Lees hardop en stel jezelf de vraag wat je nu eigenlijk zegt. En wat je niet zegt. Pakt de tekst de lezer bij zijn lurven?’ zegt Marnix H. Simonis van Tekstbureau Tonijn. Volgens hem is ook het vragen van feedback waardevol. Alice Bakker van Tekstbureau In Woordenland: ‘Ik ben nog steeds gek op de rode pen. Hoewel foutloos bijna niet kan, moet je daar als tekstschrijver wel naar streven. Op papier zie ik meer dan op het scherm.’
Benieuwd naar de reacties van alle 21 tekstschrijvers? Zie hieronder:
Sigrid Vink
Copyvink in Haarlem: Wees niet te perfectionistisch, maar lever gewoon goed werk af. Je weet zelf wel het verschil tussen prima werk en overgeoptimaliseerde en gekunstelde teksten. En als het niet lukt om de juiste toon neer te zetten, geef het terug of vraag om een betere briefing.
Alice Bakker
Tekstbureau Alice in Woordenland in Oude Wetering: Foutloos werken is moeilijk. Toch moet je daar als tekstschrijver naar streven. Spelfouten kunnen eigenlijk niet. Als ik grote lappen tekst geschreven heb, print ik dat altijd uit en ga ik met de rode pen aan de slag. Op papier zie ik fouten die me op het scherm niet waren opgevallen. Hardop voorlezen wil ook nog wel eens helpen. Daarnaast wil ik als tip meegeven dat als je, net als ik, last hebt van een lek in je discipline, om de app Pomodoro Timer te downloaden. Ik heb nogal eens last van ‘lummelen’. Als eigen baas zegt er immers niemand tegen je dat je nodig aan het werk moet. Ik stel de timer in op 27 minuten en als hij afgaat, heb ik drie minuten pauze. In die pauze doe ik even iets anders. Zijn de drie minuten voorbij, dan ga ik weer aan de slag. Nu is het wel zo dat ik niet per se pauze neem, als ik eenmaal de slag te pakken heb en net lekker bezig ben, tik ik onverstoorbaar verder. Blijkbaar heb ik toch een toeziend oog nodig, in dit geval een eenvoudige app, die mij aan het werk houdt. Tot slot een tip over plannen. Ik vraag mijn opdrachtgevers naar een deadline en plan hem in, in mijn agenda. Ik heb dus nog altijd een papieren agenda met daarin mijn weekplanning en vink af wat klaar is. Als een opdracht niet helemaal wil lukken, hoef ik me daar eigenlijk nooit druk om te maken. Zodra de deadline in zicht kom, lukt het altijd direct. Ik presteer het best onder deadlines!
Petra Noordhuis
Tekstenderest in Enschede: Mijn belangrijkste tip: schrijf zoals je praat. Een uitzondering kan zijn als je stottert of een ernstig dialect hebt. Wat ik bedoel is het volgende: vaak gaan mensen heel formeel doen op het moment dat ze een tekst schrijven. Ineens gebruiken ze dan woorden als ‘derhalve’ en zo, terwijl ze die in spreektaal nooit gebruiken. Het resultaat is dat de lezer niet echt een klik voelt tijdens het lezen. Hij ervaart een soort afstand. En zeker in commerciële teksten is dat niet handig. Een goed gebruik van ‘u’ of ‘jij’ hoort hier ook bij. Iets waar ik veel vragen over krijg bij het schrijven van webteksten. Mijn eigen stelregel is: spreek je lezer aan zoals je hem/haar ook aanspreekt als je elkaar over de telefoon zou spreken. Bij de verkoper van hippe jeans zal dit ‘je’ zijn, terwijl de notaris zijn klanten meestal met ‘u’ aanspreekt. Als je kiest, wees dan wel consequent en gebruik dan in al je teksten u of jij. Wissel het dus niet af. Daar raakt je lezer van in de war. Waarom spreektaal? Uit onderzoek is gebleken dat de boodschap dan veel beter blijft hangen. Je lezer heeft het idee dat hij een gesprek met je voert en niet naar een saaie monoloog luistert. Spreek je lezer dus ook direct aan en gebruik ook gerust het woord ‘ik’. Persoonlijk vind ik het heel raar als iemand over zichzelf praat in de derde persoon. Boer Geert in Boer zoekt vrouw deed dat ook. Hij zei dan bijvoorbeeld: ‘Geert gaat even een boterham smeren’. Ik neem zulke mensen nooit zo serieus. Waarschijnlijk zullen je klanten dat ook niet doen. Kortom: doe maar normaal en sloof je niet uit met moeilijke woorden, jargon en dikdoenerij. Je klant wordt er blij van. En ik ook.
Christiaan Koppelaar
Studio Christiaan Koppelaar in Assen: Mijn gouden acquisitie-tip voor tekstschrijvers is even simpel als waardevol: netwerken en relatiebeheer. Vrijwel al mijn opdrachten komen vanuit netwerken en relatiebeheer tot stand. Via, via van mond-tot-mond en langs wonderlijke omwegen komen opdrachten soms vanuit de meest bijzondere hoeken voorbij scheren. Probeer iedere opdracht dan ook zo perfect mogelijk af te ronden en stuur altijd aan op langdurige samenwerking. Ook ogenschijnlijk kleine opdrachten lenen zich daarvoor. Een aantal van mijn grootste opdrachten is voortgekomen uit hele kleine, zelfs onbeduidende klusjes. Klusjes die nauwelijks rendabel zijn en die je eigenlijk het liefst zou laten lopen. Drie uur werk voor nog geen tweehonderd euro, waarbij je ook nog eens een gratis intakegesprek moet voeren om de klus binnen te halen. Het lijkt idioot, maar niet zelden monden dergelijke opdrachten uit in hele grote langdurige samenwerkingsverbanden. Misschien niet direct, maar wel op de lange termijn. Koester daarom ook die kleine opdrachten en laat zien dat je ook die kleine klanten waardeert. Bijvoorbeeld door ze met kerst een attentie te sturen. Of door een keer gratis advies te geven. Acquisitie is vooral zaaien. Onbaatzuchtig en zonder winstoogmerk. Oogsten doe je later.
Marnix-H. Simonis
Tekstbureau Tonijn in Huizen: Leer tussen de regels lezen: dat is de beste tip die ik andere tekstschrijvers kan geven. Vooral bij je klant. Die vraagt je misschien om een persbericht, terwijl een blog of advertorial meer op zijn plaats is. Of andersom. Hij kan je terloops een mooi verhaal over zijn organisatie vertellen of mompelen waar hij wakker van ligt. Als je tussen de regels leest hoor je meer, kun je doorvragen en je klant adviseren. Lees ook tussen de regels van je eigen teksten. Ik laat wat ik geschreven heb vaak een nacht liggen om er ’s ochtends nog eens naar te kijken. Lees hardop en stel jezelf de vraag wat je nu eigenlijk zegt. En wat je niet zegt. Wordt de belangrijkste vraag beantwoord? Wil je niet te veel vertellen? Pakt je tekst de lezer bij zijn lurven? Binnen de beroepsvereniging Tekstnet, waar ik lid van ben, laten we elkaar ook regelmatig onze teksten lezen. Die feedback helpt je altijd verder. Vergeet ook de grote schrijvers niet en lees die tussen de regels. Dan zie je bijvoorbeeld niet alleen wat Elsschot schrijft, maar ook wat hij weggelaten heeft. En hoe hij door slim schrappen tot een beter verhaal komt. Wie bij zijn klanten, zichzelf en zijn vakgenoten tussen de regels leert lezen, wordt een betere schrijver!
Lonneke van Vliet
Mosom in Utrecht: “Writing something, doesn’t mean you communicated it”. Als online tekstschrijver is het erg belangrijk dat je de onlinewereld begrijpt en weet welke mogelijkheden er zijn voor de content van je klanten. Denk verder dan alleen de teksten die je creëert voor je klanten. Onlinecommunicatie gaat om heldere en concrete content, die de doelgroep direct triggert en boeit. Blijf online content continu vernieuwen en verander telkens de opzet, zodat je telkens iets nieuws te brengen hebt. Meer dan platte tekst alleen en écht weten waar je over schrijft dus. Daarnaast is het essentieel dat je als tekstschrijver schrijft over materie waar je zelf ervaring of een zeer grote affiniteit mee hebt. Ben je zelf niet bekend in de branche of met het onderwerp, dan bereik je niet de beoogde doelgroep. Door je te specialiseren in een bepaalde niche, ben je als tekstschrijver onderscheidend en voegt jouw content waarde toe. Alle tekstschrijvers van MOSOM hebben hun eigen specialisatie, waardoor ons communicatiebureau op alle klantvragen kan anticiperen met de juiste oplossingen.
Chris Rommers
Chris Rommers webtekst+ in Utrecht: Naast mijn eigen activiteiten als tekstschrijver werk ik aan een platform en community voor tekstschrijvers, www.woordkunstenaars.nl. We stellen elke nieuwe deelnemer dezelfde vraag: “Waar lig jij wakker van, als tekstschrijver?” Meer dan 40% van de reacties gaat over klanten die geen financiële waardering hebben voor goede teksten en concurrerende tekstschrijvers die de markt verzieken met lage tarieven. Mijn advies aan tekstschrijvers: straal waarde uit. Je verandert niets aan het feit dat er bedrijven zijn die voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten, of concullega’s die daarin meegaan. Daarover piepen is dan ook zinloos. Maar je kunt wel uitstralen en communiceren dat jij niet op dat niveau werkt. Ik zie goede tekstschrijvers op hun website vertellen dat ze korting geven bij grotere of terugkerende klussen, vaste lage opdrachtprijzen hanteren (50 euro voor een persbericht, 75 euro voor een blog van 300 woorden…), dat ze ook werken voor particulieren (waar geen droog brood aan te verdienen valt), enzovoorts. De angst regeert, lijkt het wel. Ik zou zeggen: stop daarmee. Zolang je als tekstschrijver op die manier communiceert over kosten, blijf je klanten aantrekken die primair naar prijs kijken. Communiceer een fatsoenlijk tarief – liefst zo hoog dat je je er licht ongemakkelijk bij voelt – en doorbreek je eigen vicieuze cirkel.
Marjolijn Bergman-van Leeuwen
Marjolijn BvL Tekstschrijver in Middelburg: Het gaat om de klant van je klant! Als ik een klant interview, bijvoorbeeld omdat ik webteksten voor hun nieuwe site ga schrijven, houd ik steeds voor ogen: wat is de behoefte van de klánt van mijn klant? Vaak zijn ondernemers vol van hun product of dienst en daardoor erg aan het ‘zenden’. Aan jou de taak om dan steeds de toekomstige lezer van de tekst voor ogen te houden en je te verdiepen in hún behoeften. Voor welke uitdagingen staat de (potentiële) klant van het bedrijf waarvoor je schrijft of naar welke oplossing zijn ze op zoek? Producten zijn wat dat betreft makkelijk te verkopen. Iemand zoekt schoenen, een grasmaaier of een notaris. De websitebezoeker ziet in één oogopslag of hij op de juiste site zit. Maar wat als het gaat om zoiets ongrijpbaars als ‘advies’ of een dienst die meer toelichting vergt? Ik ga dan bij het schrijven uit van de behoeften van de potentiële klant. Daar open ik mee, zodat die meteen weet: hier zit ik goed! Vervolgens schrijf ik over de diensten die daarbij aansluiten. Hoe ziet dat er in de praktijk uit? Zelf weet ik dat mijn klanten om twee redenen bij mij aankloppen: ze hebben geen tijd om te schrijven of ze kunnen het niet goed. Dus is dit de eerste alinea op mijn homepage: ‘Vindt u het een uitdaging om een pakkende en bondige tekst te schrijven voor uw nieuwe website? Heeft u te weinig tijd voor het maken van uw nieuwsbrief? Of zoekt u een tekstschrijver voor een effectief persbericht of boeiende speech? Ik help u graag!’ Zorg dus dat de bezoeker van de website binnen drie seconden kan lezen of hij op die site gaat vinden wat hij zoekt. Natuurlijk, je schrijft in opdracht van jouw klant. Maar eigenlijk schrijf je voor de klant van je klant!
Corinne Groenenberg
Flow Media in Lelystad: De meeste tekstschrijvers houden van letters en niet van cijfertjes. Althans, laat ik voor mezelf spreken… Ik houd van schrijven en niet van rekenen. Toch ben ik me ervan bewust dat het belangrijk is om overzicht te hebben over mijn administratie. Hoeveel zet ik om? Voor hoeveel besteed ik uit aan andere tekstschrijvers? Welke facturen staan nog open? Ik doe mijn boekhouding sinds vorig jaar met rompslomp.nl. Je kunt er mee factureren, slechte betalers een herinnering sturen en het biedt me overzicht. Bovendien kan ik op een gemakkelijke manier op mijn desktop en telefoon (via een app) tijd mijn gewerkte uren bijhouden. Zo kan ik mijn eigen productiviteit ook nog een beetje in de gaten houden. Rompslomp (maar er zijn vast meer vergelijkbare websites) maakt boekhouden een stuk leuker. Zelfs voor een tekstschrijver!
Nicole Baars
Sterkschrijven: Ik ben al ruim 25 jaar schrijftrainer en ik heb dus al duizenden mensen getraind die meer professioneel willen leren schrijven. Niet alleen journalisten en tekstschrijvers, maar ook communicatiemedewerkers, leidinggevenden, psychotherapeuten, financiële medewerkers, enzovoort. Wat me opvalt is dat bijna iedereen te snel de vingers op de toetsen zet en te weinig tijd neemt om na te denken over de tekst als geheel. Wat zijn de verwachtingen van de lezers? Hoeveel tijd hebben ze om de tekst te lezen? Wat is de voorkennis? Wat is de belangrijkste vraag van de lezers? Er is een heleboel empathie en inlevingsvermogen nodig om een sterke tekst te schrijven. Pas als je exact weet hoe je je lezer het best helpt met jouw tekst, kun je gaan schrijven. Wie zomaar begint met typen, schrijft wat hij zelf wil melden, niet wat de ander wil weten. Helder schrijven betekent dus heel helder denken en daar de tijd voor nemen. Zelf doe ik het voorbereidende helder denken voor een omvangrijke tekst door in een café te gaan zitten zonder laptop of smartphone, maar met een pen en een kladblok. Eerst ga ik brainwriten over wat de lezer verwacht, denkt en voelt. Dan maak ik een mindmap en doe een associatieve oefening. In een klein uurtje heb ik een basis gelegd voor een heldere tekst én genoten van een latte macchiato. Het lijkt omslachtig, maar als je een tekst meteen goed schrijft, bespaart dat op de lange duur een hoop tijd.
Jan Johan ten Have
Ten Have Tekst in Onstwedde: Denk bij het schrijven vanuit je doelgroep. Wat is het kennisniveau betreffende de behandelde materie en het veronderstelde kennisniveau qua taal? Stel, ik schrijf een artikel over de duurzame toepassing van LNG in de scheepvaart. Is het voor een vakblad, dan ga ik bij de keuze invalshoeken en taalgebruik uit van een professioneel kennisniveau. Schrijf ik zo’n zelfde stuk bijvoorbeeld als persbericht voor publieksmedia, dan ligt het veronderstelde kennisniveau aanzienlijk lager en moet ik gebruik van te technische taal en jargon voorkomen. Zo moet ik om te beginnen uitleggen wat LNG is en wat de redenen en consequenties van invoering zijn. Voor vakmedia mag ik dit als bekend veronderstellen.
Jeannette van Haastert
100 Procent NL in Oude Wetering: Ik zweer bij de site woordenlijst.org. Daarnaast, het is een ouderwets woord uit de School voor Journalistiekbieb, werk ik met doelgroepdenken – voor wie schrijf ik en wat is mijn boodschap – ouderwets, maar nog altijd geldend en zo waar. En cliché, cliché: kom afspraken na (deadlines zijn er om gehaald te worden). Als je ze niet haalt – om welke reden dan ook – meld dit tijdig aan je opdrachtgever. Laatste tip: laat je teksten even liggen (liefst een dag) en kijk er met een blanco oog nog eens naar Je ziet op een ander niveau altijd weer een verbetering (inhoudelijk, zinsopbouw, slordigheidjes). Uw eindredacteur is u dankbaar.
Erik Driessen
De Tekstkenner in Sint Jansklooster: Ik ben al zo oud dat ik nog in militaire dienst ben geweest. Telexist moest ik zijn, een ondertussen aardig uitgestorven beroep. Achteraf was dat het beste wat me is overkomen voor mijn latere vak. Ik heb een grote vingervlugheid op de toetsenborden opgedaan en daar heb ik dagelijks baat bij. Dat is dus mijn belangrijkste tip: zorg dat je ’tiksnelheid’ omhoog gaat. Min of meer daaraan gekoppeld: ik zweer nog steeds bij het aloude notitieblok in plaats van aantekeningen maken op laptops of iPad. Je kunt na afloop veel makkelijker een tekst componeren waarbij de volgorde meteen goed staat. Volgens mij werkt dat uiteindelijk veel sneller. Daarom gebruik ik ook nooit opnameapparatuur. Hooguit handig bij een heel belangrijk interview, maar als je thuis alle opnames weer afluistert, ben je twee keer zoveel tijd kwijt. Hanteer het juiste tarief: niet te laag, maar ook zeker niet te hoog. Ik hoor best veel tekstschrijver die klagen over gebrek aan werk die met een torenhoog tarief werken. Wees daar realistisch in en haal je neus niet op voor bedrijven of instanties die toevallig een minder hoog budget hebben.
Laura Schweig
Laura Schweig Tekst & Communicatie in Amstelveen: Elke dag weer geïnspireerd zijn om mooie teksten te maken, dat is een hele kunst. Je opdrachtgever speelt daarin een cruciale rol. Ik heb in negen jaar freelancen ontdekt dat je op sommige opdrachten totaal ‘leegloopt’, terwijl je van andere opdrachten juist heel veel energie krijgt. Het lijkt verleidelijk om tegen elke opdracht ja te zeggen, maar dat is op de lange termijn killing. Onderzoek dus goed of een opdrachtgever bij je past. Ga live kennis maken, in plaats van de opdracht per mail af te handelen. Durf nee te zeggen als je denkt dat de opdracht of de opdrachtgever niet bij je past. Het helpt als je een duidelijke profilering hebt, zodat de juiste opdrachtgevers jou vinden. Een andere inspiratiebron zit voor mij in netwerken. Voor sommigen is dit een vies woord, maar ik vind het oprecht leuk en inspirerend. Je komt mensen tegen uit andere branches en andere freelancers en ondernemers van wie je wat kunt leren; je kunt anderen inspireren en klanten bezorgen en helemaal mooi: je haalt er zelf nog eens een opdracht uit. Zelf heb ik drie jaar bij Business Open gezeten, en dat heeft me veel gebracht op alle fronten. Er bestaat trouwens ook nog zoiets als een ‘zacht netwerk’, dat zijn de mensen die jou helpen om ondernemer te zijn. Denk aan je partner en aan vrienden en familie die eventueel ook ondernemer zijn. Onmisbaar voor elke freelancer. En last but not least: blijf altijd aan je taalgevoel werken. Lees oneindig veel in alle vormen. Boeken, kranten, tijdschriften, blogs, noem het maar op. Andere schrijvers lezen werkt altijd fantastisch. Als ik even niet weet hoe te schrijven, dan ga ik lezen. Af en toe een cursus, workshop of masterclass volgen werkt ook louterend. Je ontmoet er andere tekstschrijvers en gaat eens op een heel andere manier aan de slag met je vak. De Redactie in Monnickendam heeft veel leuke cursussen.
Eric Hoogeweg
Tekstwerkplaats in Kampen: Ik heb de afgelopen jaren veel tekstschrijvers voor zichzelf zien beginnen. Het lukte de meeste niet om daar een succesvol en plezierig een eigen bedrijf mee op te richten. Sommigen lukte dat wel en van beide groepen kunnen anderen veel leren. Zelf ben ik fulltime journalist en tekstschrijver sinds 1998 en volledig zelfstandig sinds 2007. Wat mij door de jaren heen het meest opvalt, is dat de basis moet kloppen: je vakmanschap als tekstschrijver en je zakelijke fundament. Dat lijkt misschien logisch, maar juist daar gaat het vaak mis. Of goed!Vakmanschap als tekstschrijver bestaat uit veel meer dan alleen goed gevoel voor taal en de compositie van teksten, met uiteraard goede taalbeheersing (zelfs dat zie ik nogal eens misgaan). Dat zijn niet je ‘productiemiddelen’, maar slechts randvoorwaarden die je gewoon perfect in je vingers moet hebben. Het gaat wat mij betreft veel meer om het snel kunnen doorgronden van een opdracht, de informatie die daarvoor nodig is en het doelgericht kunnen opschrijven voor de doelgroep. Zodat het voor hen aantrekkelijk is, lekker leest en je bij hen de beoogde snaar raakt (redenerend vanuit een tekstschrijver die in opdracht werkt). Kun je dat niet, dan ben je kansloos. Die kwaliteiten leer je niet op school – al kan een schrijfopleiding zeker waardevol zijn als basis – maar vooral in de praktijk. Simpelweg door het veel te doen en bewust bezig te blijven met je ontwikkeling. Het liefst ook met verschillende tekstsoorten. Ik merk dat opdrachtgevers dat vaak heel erg waarderen: dat ik niet alleen een brochure voor hen kan schrijven, maar ook teksten voor hun website, SEO of contentmarketing, die weer aan andere eisen moeten voldoen. Zorg ook dat je zakelijke aanpak deugt. Zodat je gemiddelde opbrengst per uur, artikel, dag en maand voldoende is. Daarvoor moet je eerst weten hoeveel je moet verdienen om ‘de kurk te laten drijven’. Dan weet je ook wat je ongeveer moet berekenen aan opdrachtgevers en kun je kijken of dat realistisch is. Vergelijk dat met vakgenoten en zorg vooral dat je niet te weinig vraagt! Daar lopen veel mensen op stuk, terwijl een serieuze opdrachtgever best wil betalen voor vakmanschap. Als jij maar kwaliteit levert. Zorg daarvoor dat opdrachtgevers naar jou toe komen, doordat jij zichtbaar bent: fysiek, online of bijvoorbeeld door een specialisme. Een opdrachtgever moet jou willen. Mijn advies is daarom om weg te blijven bij offerteplatforms, zoals Offerti en Freelance. Opdrachtgevers kunnen daar gratis terecht en heel veel blijken wat mij betreft (zakelijk) niet serieus of toegewijd. Daar opdrachten binnenhalen, kost veel tijd – en dus geld – en weegt vaak eigenlijk niet op tegen de uiteindelijke opbrengst. Door het systeem moet je vooral heel goedkoop offreren om een opdracht te krijgen. Er zitten veel beginners en ‘hobbyschrijvers’ tussen die opdrachten wel voor een zakelijk onverantwoorde vergoeding willen uitvoeren. Veel serieuze opdrachtgevers knappen daarop af en wie daar wel goed bediend wordt, is vaak geen opdrachtgever om een serieuze toekomst mee op te bouwen: “If you pay peanuts, you get monkeys.”Dus: zorg dat je goed bent en dat opdrachtgevers jou willen. Jij eet toch ook liever bij een leuk restaurant dat goed gevuld is, dan in een lege zaak?
Nathan Veenstra
Letterzaken in Apeldoorn: Hoe ik er zelf op gekomen ben weet ik niet, maar ik ben degene die het tipte eeuwig dankbaar. Een absolute aanrader voor tekstschrijvers is wat mij betreft synoniemen.net. Het gebruik van synoniemen is om meerdere redenen onmisbaar. Mijn belangrijkste redenen zijn: 1. Soms is een bepaald woord gewoon niet mooi en zoek je naar een synoniem. 2. Te vaak hetzelfde woord gebruiken leest niet lekker, synoniemen zorgen voor afwisseling. 3. Google houdt van synoniemen. Je kent het vast wel: je gebruikt een bepaald woord in een tekst en voelt dat het niet lekker loopt. Het past niet bij de opdrachtgever of het past echt niet in de tekst. Tik je woord even in de zoekbalk van synoniemen.net en je krijgt verschillende suggesties. Zit er niets bruikbaars bij? Klik door op een van de blauwe woorden en je krijgt nog meer ideeën.Soms kom je er niet onderuit om een bepaald woord te herhalen in een alinea of pagina. In veel gevallen is het niet storend, maar als dat wel zo is, wil je eens wat afwisselen, zonder afbreuk te doen aan je verhaal en het onderwerp. Synoniemen helpen om de tekst lekker leesbaar te houden en niet te veel in herhaling te vallen. Wanneer je -zoals ik- webteksten schrijft, heb je ook rekening te houden met Google. Al werkt het eigenlijk anders: Google ziet bepaalde dingen graag gebeuren, omdat het voor je gebruiker prettig of gunstig is. Dat geldt ook voor synoniemen. En Google begrijpt synoniemen en aanverwante woorden ook steeds beter. Google zelf maar eens en kijk naar het zoekresultaat voor ‘schoonmaakbedrijf Nijmegen’ en de vetgedrukte varianten op ‘schoonmaakbedrijf’.
Miranda Adam
Miranda Adam tekstschrijven & redactie in Ermelo: Het toverwoord voor tekstschrijvers? Voor mij, als freelance (SEO-)tekstschrijver en redacteur, is dat ‘inlevingsvermogen’. Een goede tekstschrijver hoeft zeker geen neerlandicus of taalpurist te zijn. Natuurlijk zijn een goede beheersing van de Nederlandse taal en een uitstekende schrijfvaardigheid essentieel, maar neerlandici zetten niet per se duidelijke, pakkende teksten neer. Mijn tips? Stel je op als leek, be blond. Lees tussen de regels door. Verdiep je in het bedrijf: wat wil je vertellen? Verplaats je in de doelgroep: wat wil ik graag weten? Als je die elementen op een natuurlijke, treffende wijze neer weet te zetten… op een manier die aansluit bij de uitstraling van de organisatie, het niveau én de belevingswereld van de doelgroep, dan kunnen je teksten niet meer stuk!
Jenneke van Genechten
Lettergeniek in Heerlen, kort maar krachtig: Online? Kort. En creatief.
Walter Joosse
Van Joosse tekstschrijven in Breda: Kijkend naar de bedreiging van potentiële toetreders tot de markt is het belangrijk om te beseffen dat voor het beroep van tekstschrijver geen specifieke opleiding noodzakelijk is en kosten voor materiaal en huisvesting doorgaans laag liggen. Zeker in een tijd van hogere werkloosheid zal daardoor het aanbod van tekstschrijvers toenemen. De concurrent staat dus al klaar om werk over te nemen. Het ‘substituut’ in het geval van de tekstschrijver is vaak de keuze die de klant maakt om niet langer de diensten van een externe tekstschrijver in te huren. Anders dan bij de tandarts of de timmerman, kan het gros van de afnemers zelf tenslotte óók een tekst schrijven. Dit komt de kwaliteit van de tekst wellicht niet ten goede, maar het is wel een optie. Een andere bedreiging is het totaalpakket dat door veel bouwers van websites wordt aangeboden. Hierbij wordt de tekst als extra service geboden. Bij zowel het substituut van deze extra service als de keuze van de klant om de teksten intern te laten schrijven, geldt dat het aantoont hoe belangrijk het is om als tekstschrijver je specifieke kwaliteiten te etaleren.
Natasja Bijl
Natasja Bijl journalist en schrijver in Lelystad: Ik denk dat het goed is om als tekstschrijver precies te weten waar jouw meerwaarde ligt. Ben je een kei in web teksten? Of juist goed in het schrijven van meer journalistieke teksten? En waarmee ontlast jij jouw opdrachtgever? Want dat is waarom ze juist jou willen (vinden) voor die klus. Zelf ben ik gek op interviews, mensen vangen in woorden, en werk ik graag voor landelijke magazines. Mijn meerwaarde is net die verrassende invalshoek, grappige vraagstelling of het actief meedenken met redacties. Soms door spontaan een lijstje aan te leveren met mogelijke onderwerpen. In het begin heb ik de “fout” gemaakt om voor heel veel verschillende opdrachtgevers te willen werken. Pas later heb ik mijn focus gelegd op het contact met bestaande klanten. Met als gevolg dat ik gevraagd werd meerdere artikelen voor hen te schrijven. Zo werkt dat blijkbaar als het met het vertrouwen goed zit. Een goede vriendin zei eens: ‘Succes begint met de wetenschap dat je met een fles wijn de huur niet kan betalen.’ Dat vond ik een eyeopener. Met schrijven gaat het volgens mij hetzelfde als met fotograferen. Mensen vragen je onder het mom: “je hoeft het natuurlijk niet gratis te doen” en schrikken dan als ze je prijskaartje zien. Ik pleit voor eerlijke prijzen, die in verhouding staan met de tijd die je er als schrijver aan besteedt. Ik zie collega- schrijvers voor lage uurlonen werken. Freelancer.nl biedt ook klussen aan tegen best lage prijzen. Dan ben je dus druk voor bijna niks. Dat wil ik niet. Het is overigens niet zo dat ik nooit iets gratis doe. Maar dan is het omdat mijn hart bij dat onderwerp ligt, of ik die ander gewoon iets gun. Verder moet het verdienmodel goed zijn, anders houd je het ook niet vol als freelance tekstschrijver. Laatste tip… bij schrijven geldt de tienduizend uur regel, zoals bij alles waar je goed en bedreven in wilt raken. Heel veel schrijfuren maken je beter. O en chocola wil ook nog weleens helpen!
José van Winden
José van Winden tekstproducties in Schipluiden: Het komt regelmatig voor, dat ik een opdracht voor me uit blijf schuiven. Vaak zijn dat juist de ‘echte’ schrijfdingen. De taken die ik het liefste uitvoer: van niets iets maken, gedachten en beloften verwoorden, mooier kan het niet. Waarom blijf ik dat dan uitstellen? Ik ben consciëntieus, wil graag aan mijn verplichtingen voldoen en kan daarom heel erg zenuwachtig worden van een naderende deadline. Dus vervloek ik mijn uitstelgedrag. Maar sinds ik er een woord voor heb, durf ik eraan toe te geven. En is mijn werk minder stressvol geworden.In de loop der jaren ben ik er namelijk achter gekomen, dat er hier niet zozeer sprake is van uitstelgedrag, maar van voorbereidingstijd. Ik sprak een keramist en die noemde het ‘broedtijd’. Broedtijd is de tijd die je in je hoofd nodig hebt om van idee tot uitvoering te komen. Tijd waarin je niets lijkt te doen, behalve uitstellen. Je ruimt bijvoorbeeld de vaatwasser uit, of gaat een stuk fietsen. Je werkt je eigen website bij of leest een artikel op sociale media. Het lijkt alsof je je tijd verspilt, maar niets is minder waar. Je broedt. Op een tekst, een verhaal, een blog of andere creatieve uiting.Mijn tip voor andere tekstschrijvers? Omarm je broedtijd. Heb vertrouwen in de goede afloop. De tekst komt er, je klant zal tevreden zijn en jij kunt weer trots op je werk. Het kost alleen even wat meer bedenktijd.